Het KOALA-onderzoek is een geboortecohort-onderzoek. Daarin worden kinderen gevolgd vanaf de zwangerschap. De ouders hebben gedurende de eerste levensjaren verschillende vragenlijsten ingevuld over ziekten, gezondheid en allerlei factoren die hierop van invloed zijn. Daarnaast worden er metingen gedaan en biologisch materiaal verzameld bij een gedeelte van de deelnemers.
Het doel van het onderzoek is om meer te weten te komen over de oorzaken van allergie en astma en de ontwikkeling en groei van kinderen. Belangrijke factoren zijn: blootstelling aan micro-organismen (infecties, vaccinaties, darmflora), voeding, lichaamsbeweging en leefstijl; dit in samenspel met de aanleg van kinderen. Deze aanleg wordt bepaald door erfelijkheid en door de allereerste ervaringen in de baarmoeder en in de eerste levensjaren.
Aandoeningen zoals allergie, voedselovergevoeligheid, hooikoorts en astma komen steeds vaker voor. Samen worden ze atopische aandoeningen genoemd, van ‘atopie’ (vreemde ziekte). Constitutioneel eczeem, de meest voorkomende vorm van huiduitslag bij kinderen, wordt ook tot deze groep aandoeningen gerekend.
In het KOALA-onderzoek gaan we na wat de oorzaken zijn voor allergieën en astma bij kinderen en de gevolgen op latere leeftijd. Wetenschappers denken dat de toename van atopische aandoeningen bij kinderen een gevolg is van veranderde leefomstandigheden. Zo is uit buitenlands onderzoek gebleken dat allergie tweemaal zo weinig voorkomt bij kinderen uit boerengezinnen en bij kinderen met een bepaalde (antroposofische) leefwijze, in vergelijking met de rest van de bevolking. Dit kan liggen aan factoren zoals borstvoeding, voedingsgewoonten, infectieziekten, de samenstelling van darmflora, antibiotica, hygiëne en stress bij moeder en kind. De laatste jaren komen er steeds meer aanwijzingen dat de eerste levensjaren hiervoor bepalend zijn. Mogelijk wordt de aanleg voor allergie en astma al tijdens de zwangerschap beïnvloed. Naast de oorzaken wordt ook gekeken naar het beloop van deze aandoeningen gedurende de kinderjaren. In de eerste levensjaren uiten deze zich vooral als eczeem, terwijl op schoolleeftijd hooikoorts en astma meer op de voorgrond komen te staan.
Een goede start is belangrijk voor de groei en ontwikkeling van kinderen. Maar ook bij een minder goede start kunnen kinderen nog veel inhalen. In alle fasen van het opgroeien speelt de omgeving een grote rol, in combinatie met de aanleg van het kind. Dit begint al in de baarmoeder, wanneer het ongeboren kind nog erg beschermd is. Vanaf de geboorte gaat de omgeving een steeds grotere rol spelen.
In het KOALA-onderzoek bestuderen we de groei en ontwikkeling van het kind door de jaren heen: de lichaamsbouw, conditie, ontwikkelingsmijlpalen, gedrag en ook of het kind volgens de ouders goed in zijn vel zit. Er is de laatste jaren veel zorg over de toename van overgewicht en vetzucht bij kinderen. Ook daar besteedt het KOALA-onderzoek aandacht aan, met name de balans tussen gezonde voeding en lichamelijke activiteit. Deze factoren zijn zelf ook weer van invloed op de lichamelijke conditie en op het risico op latere ziekten zoals vetzucht, suikerziekte, verhoogde bloeddruk en hart- en vaatziekten. We bekijken dit vooral in het perspectief van de hele ontwikkeling van het kind en de gewoontevorming binnen het gezin. De omgevingsinvloeden komen in de eerste jaren vooral uit het gezin, maar ook de kinderopvang speel een rol, terwijl later de invloed van de school en de buurt steeds sterker wordt.